ontkleur

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ontkleur    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ont·kleur

Werkwoord

vervoeging van
ontkleuren

ontkleur

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontkleuren
    • Ik ontkleur. 
  2. gebiedende wijs van ontkleuren
    • Ontkleur! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ontkleuren
    • Ontkleur je? 

Gangbaarheid

  • Het woord ontkleur staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.