ontregelde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ontregelde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ont·re·gel·de

Bijvoeglijk naamwoord

ontregelde

  1. verbogen vorm van de stellende trap van ontregeld

Werkwoord

vervoeging van
ontregelen

ontregelde

  1. enkelvoud verleden tijd van ontregelen
    • Ik ontregelde. 
    • Jij ontregelde. 
    • Hij, zij, het ontregelde. 
  2. verbogen vorm van ontregeld, voltooid deelwoord van ontregelen

Gangbaarheid

  • Het woord ontregelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.