ontsleutelde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ontsleutelde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ont·sleu·tel·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ontsleutelen |
ontsleutelde
- enkelvoud verleden tijd van ontsleutelen
- Ik ontsleutelde.
- Jij ontsleutelde.
- Hij, zij, het ontsleutelde.
- Ik ontsleutelde.
Gangbaarheid
- Het woord ontsleutelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.