opkrulde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: opkrulde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- op·krul·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opkrullen |
opkrulde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opkrullen
- ... dat ik opkrulde.
- ... dat jij opkrulde.
- ... dat hij, zij, het opkrulde.
- ... dat ik opkrulde.
Gangbaarheid
- Het woord opkrulde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.