opleuk
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: opleuk (hulp, bestand)
Woordafbreking
- op·leuk
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opleuken |
opleuk
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opleuken
- ... dat ik opleuk.
Gangbaarheid
- Het woord opleuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.