opmaalde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  opmaalde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·maal·de

Werkwoord

vervoeging van
opmalen

opmaalde

  1. (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opmalen
    • ... dat ik opmaalde. 
    • ... dat jij opmaalde. 
    • ... dat hij, zij, het opmaalde. 

Gangbaarheid

  • Het woord opmaalde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.