oppakt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  oppakt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·pakt

Werkwoord

vervoeging van
oppakken

oppakt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oppakken
    • ... dat jij oppakt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oppakken
    • ... dat hij oppakt. 

Gangbaarheid

  • Het woord oppakt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.