oppers

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  oppers    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·pers

Zelfstandig naamwoord

deoppersmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord opper

Werkwoord

vervoeging van
oppersen

oppers

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van oppersen
    • ... dat ik oppers. 

Gangbaarheid

  • Het woord oppers staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.