opslokte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: opslokte (hulp, bestand)
Woordafbreking
- op·slok·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opslokken |
opslokte
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opslokken
- ... dat ik opslokte.
- ... dat jij opslokte.
- ... dat hij, zij, het opslokte.
- ... dat ik opslokte.
Gangbaarheid
- Het woord opslokte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.