opsoupeerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: opsoupeerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- op·sou·peer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opsouperen |
opsoupeerde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van opsouperen
- ... dat ik opsoupeerde.
- ... dat jij opsoupeerde.
- ... dat hij, zij, het opsoupeerde.
- ... dat ik opsoupeerde.
Gangbaarheid
- Het woord opsoupeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.