opvroegen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: opvroegen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- op·vroe·gen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
opvragen |
opvroegen
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van opvragen
- ...dat wij opvroegen.
- ...dat jullie opvroegen.
- ...dat zij opvroegen.
- ...dat wij opvroegen.
Gangbaarheid
- Het woord opvroegen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.