ordineer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ordineer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • or·di·neer

Werkwoord

vervoeging van
ordineren

ordineer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ordineren
    • Ik ordineer. 
  2. gebiedende wijs van ordineren
    • Ordineer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ordineren
    • Ordineer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord ordineer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.