orkestret

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ɔɾˈkestɾət /
Woordafbreking
  • or·kest·ret
Naar frequentie 43897

Zelfstandig naamwoord

orkestret

  1. nominatief bepaald onzijdig enkelvoud van orkester
Schrijfwijzen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.