oscilleerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  oscilleerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • os·cil·leer·de

Werkwoord

vervoeging van
oscilleren

oscilleerde

  1. enkelvoud verleden tijd van oscilleren
    • Ik oscilleerde. 
    • Jij oscilleerde. 
    • Hij, zij, het oscilleerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord oscilleerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.