overhoorde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  overhoorde    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌovərˈhordə/ (4 lettergrepen)
    • (Noord-Nederland): /ˌovərˈho̝rdə/
    • (Vlaanderen, Brabant, Limburg): /ˌovərˈhordə/
Woordafbreking
  • over·hoor·de

Werkwoord

vervoeging van
overhoren

overhoorde

  1. enkelvoud verleden tijd van overhoren
    • Ik overhoorde. 
    • Jij overhoorde. 
    • Hij, zij, het overhoorde. 
  2. verbogen vorm van overhoord, voltooid deelwoord van overhoren

Gangbaarheid

  • Het woord overhoorde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.