overnoemde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  overnoemde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • over·noem·de

Werkwoord

vervoeging van
overnoemen

overnoemde

  1. enkelvoud verleden tijd van overnoemen
    • Ik overnoemde. 
    • Jij overnoemde. 
    • Hij, zij, het overnoemde. 
  2. verbogen vorm van overnoemd, voltooid deelwoord van overnoemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.