overstijg

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  overstijg    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • overĀ·stijg

Werkwoord

vervoeging van
overstijgen

overstijg

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overstijgen
    • Ik overstijg. 
  2. gebiedende wijs van overstijgen
    • Overstijg! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overstijgen
    • Overstijg je? 

Gangbaarheid

  • Het woord overstijg staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.