overwinter

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  overwinter    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • over·win·ter

Werkwoord

vervoeging van
overwinteren

overwinter

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overwinteren
    • Ik overwinter. 
  2. gebiedende wijs van overwinteren
    • Overwinter! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overwinteren
    • Overwinter je? 

Gangbaarheid

  • Het woord overwinter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.