overzie

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  overzie    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • over·zie

Werkwoord

vervoeging van
overzien

overzíé

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overzien
    • Ik overzie. 
  2. gebiedende wijs van overzien
    • Overzie! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overzien
    • Overzie je? 
  4. aanvoegende wijs van overzien
Verwante begrippen

Werkwoord

vervoeging van
overzien

óverzie

  1. (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van overzien
    • ... dat ik óverzie. 
  2. (in een bijzin) aanvoegende wijs van overzien
    • ... dat men overzie. 

Gangbaarheid

  • Het woord overzie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.