pacete

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pacete    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈpestə/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • pace·te
Woordherkomst en -opbouw
  • pace met de uitgang -te volgens spellingregel 12.D

Werkwoord

vervoeging van
pacen

pacete

  1. enkelvoud verleden tijd van pacen
    • Ik pacete. 
    • Jij pacete. 
    • Hij, zij, het pacete. 

Gangbaarheid

  • Het woord pacete staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.