pacificeert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pacificeert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pa·ci·fi·ceert

Werkwoord

vervoeging van
pacificeren

pacificeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pacificeren
    • Jij pacificeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pacificeren
    • Hij pacificeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van pacificeren
    • Pacificeert! 

Gangbaarheid

  • Het woord pacificeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.