pandoert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pandoert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pan·doert

Werkwoord

vervoeging van
pandoeren

pandoert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pandoeren
    • Jij pandoert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pandoeren
    • Hij pandoert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van pandoeren
    • Pandoert! 

Gangbaarheid

  • Het woord pandoert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.