parets

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / pɑːɾets /, / pɑɾets /
Woordafbreking
  • pa·rets

Zelfstandig naamwoord

parets

  1. nominatief bepaald onzijdig enkelvoud van par
    «Sin kone ble funnet død i parets bolig.»
    Zijn vrouw werd dood in het huis van het echtpaar gevonden.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.