parkkonijntje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  parkkonijntje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • park·ko·nijn·tje

Zelfstandig naamwoord

hetparkkonijntjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord parkkonijn
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.