piepelde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  piepelde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pie·pel·de

Werkwoord

vervoeging van
piepelen

piepelde

  1. enkelvoud verleden tijd van piepelen
    • Ik piepelde. 
    • Jij piepelde. 
    • Hij, zij, het piepelde. 

Gangbaarheid

  • Het woord piepelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.