pijí

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /pɪjiː/
Woordafbreking
  • pi·jí

Werkwoord

pijí

  1. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het imperfectieve werkwoord pít
Synoniemen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.