plakt dicht

Uitspraak

• Geluid:  plakt dicht    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• plakt dicht

Woordherkomst en -opbouw

• uit plakt (werkwoord) en dicht, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

plakt (...) dicht

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichtplakken
   

   • Jij plakt dicht. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van dichtplakken
   

   • Hij plakt dicht. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van dichtplakken
   

   • Plakt dicht! 

Gangbaarheid

• Het woord plakt dicht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.