plangebiedje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  plangebiedje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈplɑŋɣəbicə/
Woordafbreking
  • plan·ge·bied·je
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

hetplangebiedjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord plangebied
Verwante begrippen
  • postzegelplan

Gangbaarheid

  • Het woord 'plangebiedje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.