plombeert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  plombeert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • plomĀ·beert

Werkwoord

vervoeging van
plomberen

plombeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plomberen
    • Jij plombeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van plomberen
    • Hij plombeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van plomberen
    • Plombeert! 

Gangbaarheid

  • Het woord plombeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.