pregar

Catalaans

stamtijd
tegenw.
tijd
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
prego pregava pregat
1e vervoeging volledig

Werkwoord

pregar

  1. bidden, nederig vragen
  2. bidden, een gebed doen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.