profiteer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  profiteer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pro·fi·teer

Werkwoord

vervoeging van
profiteren

profiteer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van profiteren
    • Ik profiteer. 
  2. gebiedende wijs van profiteren
    • Profiteer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van profiteren
    • Profiteer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord profiteer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.