prolongeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  prolongeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pro·lon·geer·de

Werkwoord

vervoeging van
prolongeren

prolongeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van prolongeren
    • Ik prolongeerde. 
    • Jij prolongeerde. 
    • Hij, zij, het prolongeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord prolongeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.