propte samen

Uitspraak

• Geluid:  propte samen    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• prop·te sa·men

Woordherkomst en -opbouw

• uit propte (werkwoord) en samen, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

propte samen

1. enkelvoud verleden tijd van samenproppen
   

   • Ik propte samen. 
     
   • Jij propte samen. 
     
   • Hij, zij, het propte samen. 

Gangbaarheid

• Het woord propte samen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.