puzzelde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: puzzelde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- puz·zel·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
puzzelen |
puzzelde
- enkelvoud verleden tijd van puzzelen
- Ik puzzelde.
- Jij puzzelde.
- Hij, zij, het puzzelde.
- Ik puzzelde.
Gangbaarheid
- Het woord puzzelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.