quadrupleren
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: quadrupleren (hulp, bestand)
Woordafbreking
- qua·dru·ple·ren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
quadrupleren |
quadrupleerde |
gequadrupleerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
quadrupleren
- overgankelijk verviervoudigen
- Dit quadrupleerde de winst.
- inergatief viermaal iets doen, met name een inschrijving voor een academisch studiejaar
- Als je na trissen probeert te quadrupleren, word je automatisch geweigerd.
Verwante begrippen
Vertalingen
1. verviervoudigen
Gangbaarheid
- Het woord 'quadrupleren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.