réjouissent

Frans

Werkwoord

vervoeging van
réjouir

réjouissent

  1. derde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van réjouir
  2. derde persoon meervoud aanvoegende wijs (subjonctif imparfait) van réjouir
  3. derde persoon meervoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van réjouir
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.