radert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  radert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ra·dert

Werkwoord

vervoeging van
raderen

radert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van raderen
    • Jij radert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van raderen
    • Hij radert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van raderen
    • Radert! 

Gangbaarheid

  • Het woord radert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.