ratificeer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ratificeer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ra·ti·fi·ceer

Werkwoord

vervoeging van
ratificeren

ratificeer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ratificeren
    • Ik ratificeer. 
  2. gebiedende wijs van ratificeren
    • Ratificeer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van ratificeren
    • Ratificeer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord ratificeer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.