ravitailleerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ravitailleerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ra·vi·tail·leer·de

Werkwoord

vervoeging van
ravitailleren

ravitailleerde

  1. enkelvoud verleden tijd van ravitailleren
    • Ik ravitailleerde. 
    • Jij ravitailleerde. 
    • Hij, zij, het ravitailleerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord ravitailleerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.