reflecteerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  reflecteerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • re·flec·teer·de

Werkwoord

vervoeging van
reflecteren

reflecteerde

  1. enkelvoud verleden tijd van reflecteren
    • Ik reflecteerde. 
    • Jij reflecteerde. 
    • Hij, zij, het reflecteerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord reflecteerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.