repertorieer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  repertorieer    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • re·per·to·ri·eer

Werkwoord

vervoeging van
repertoriëren

repertorieer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van repertoriëren
    • Ik repertorieer. 
  2. gebiedende wijs van repertoriëren
    • Repertorieer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van repertoriëren
    • Repertorieer je? 

Gangbaarheid

  • Het woord repertorieer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.