routeerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  routeerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • rou·teer·de

Werkwoord

vervoeging van
routeren

routeerde

  1. enkelvoud verleden tijd van routeren
    • Ik routeerde. 
    • Jij routeerde. 
    • Hij, zij, het routeerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord routeerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.