ruifde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ruifde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ruif·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ruiven |
ruifde
- enkelvoud verleden tijd van ruiven
- Ik ruifde.
- Jij ruifde.
- Hij, zij, het ruifde.
- Ik ruifde.
Gangbaarheid
- Het woord ruifde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.