rygg

Zweeds

Uitspraak
  • Geluid:  rygg    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • rygg
Naar frequentie 2122
ryggs enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     rygg     ryggen     ryggar     ryggarna  
  genitief     ryggs     ryggens     ryggars     ryggarnas  

Zelfstandig naamwoord

rygg, g

  1. (anatomie) rug
  2. achterkant, een rugachtig deel van iets
  3. (aardrijkskunde) bergrug
Afgeleide begrippen
  • [1]: ryggrad
  • [1]: ryggvÀrk
  • [2]: handrygg
  • [2]: stolsrygg
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.