samenwerkend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  samenwerkend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sa·men·wer·kend

Werkwoord

vervoeging van: samenwerken
verbogen vorm: samenwerkende

samenwerkend

  1. onvoltooid deelwoord van samenwerken
stellend
onverbogen samenwerkend
verbogen samenwerkende
partitief samenwerkends

Bijvoeglijk naamwoord

samenwerkend

  1. met meerdere mensen één ding of dienst produceren
    • De samenwerkende tandartsen van Almelo hebben meerdere praktijkruimtes die over de hele stad verspreid zijn. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord samenwerkend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.