sauteert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sauteert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sau·teert

Werkwoord

vervoeging van
sauteren

sauteert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sauteren
    • Jij sauteert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van sauteren
    • Hij sauteert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van sauteren
    • Sauteert! 

Gangbaarheid

  • Het woord sauteert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.