scheuk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  scheuk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • scheuk

Werkwoord

vervoeging van
scheuken

scheuk

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van scheuken
    • Ik scheuk. 
  2. gebiedende wijs van scheuken
    • Scheuk! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van scheuken
    • Scheuk je? 

Gangbaarheid

  • Het woord scheuk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.