schommelt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  schommelt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • schomĀ·melt

Werkwoord

vervoeging van
schommelen

schommelt

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schommelen
    • Jij schommelt. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van schommelen
    • Hij schommelt. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van schommelen
    • Schommelt! 

Gangbaarheid

  • Het woord schommelt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.