scoor

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  scoor    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • scoor

Werkwoord

vervoeging van
scoren

scoor

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van scoren
    • Ik scoor. 
  2. gebiedende wijs van scoren
    • Scoor! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van scoren
    • Scoor je? 

Gangbaarheid

  • Het woord scoor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.