shinede

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  shinede    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • shi·ne·de

Werkwoord

vervoeging van
shinen

shinede

  1. enkelvoud verleden tijd van shinen
    • Ik shinede. 
    • Jij shinede. 
    • Hij, zij, het shinede. 
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.